De 201ste voetbedevaart van Boom naar Scherpenheuvel op 8 en 9 mei 2010
Onze jubilarissen Walter, Julienne, Annie en Paul.
Met statistieken kan je alle kanten op, maar een zware terugval van het aantal bedevaarders na een jubileumjaar is voorspelbaar en het werd ook door ons voor waar aangenomen. Wij zijn dan ook zeer tevreden wanneer we vlotjes voorbij de 80 deelnemers komen aan de inschrijvingstafel. Enkele jeugdige voetbedevaarders moeten er opmerkzaam op gemaakt worden dat het briefje leesbaar dient ingevuld te worden: een correcte aanwezigheidslijst is een “must” voor de verzekering. Zoals elk jaar zijn er “vaste waarden” die om een of andere reden niet mee kunnen opstappen en zijn er ook mensen die via de website de Broederschap leren kennen. Mensen uit Blaasveld, Kontich, Mechelen en zelfs St. Truiden vertrekken mee uit Boom of sluiten onderweg aan.
De startviering - wat kan de liturgische werkgroep dat toch prachtig brengen - doet ons kennismaken met het jaarthema ONT-MOETEN. De voorziene plaatsen in de kerk zijn amper toereikend om alle mensen rond het Mariabeeld een plaats te bieden. Voor de processieleider, Bart Scheers, krijgt de traditionele laatste toespraak een extra dimensie, want 10% van de bedevaarders zijn nieuw. Grote drukte, klokkengelui, flikkerende rode lichten, autocar De Polder als bezemwagen, de pakjeswagens van de firma Forceville, veiligheidsvestjes, de witte lampen met Stijn en Els, Mia met het kruis. We zijn er klaar voor: de start van de 201ste voetbedevaart.
Dat het Vlaamse wegennet er echt erbarmelijk bij ligt, kunnen we met eigen ogen vaststellen, maar dit weerhoudt er ons niet van om vlotjes in Mechelen te geraken. Wie het enkele jaren geleden meemaakte, frist het geheugen van de medebedevaarders even op. De gutsende regen tussen Rumst en Mechelen die de wegen en de zaal te Mechelen tot een zwemvijver omtoverden, zijn nu een legendarisch fait divers. Toen niet. Vandaag is het droog en 7°C, volgens de norm “fris voor de tijd van het jaar”. De beheerders van de zaal hebben gevraagd om geen lawaai te maken. We komen dan ook in een nachtelijke stilte aan. Leo, dezelfde uitstekende buschauffeur van verleden jaar, kon ook met een car van 50 goed overweg. Het secretariaat “te velde” maakt nog enkele labels klaar voor verkoop, want ook zij hebben het aantal deelnemers onderschat.
De voorzitter stuurt voorwacht Rudy op pad om zeker voldoende stoelen te voorzien in Bonheiden. Vollen bak dan ook in Parochiecentrum De Krekel. De uitbaters kennen hun vak zodat tijdens ons half uurtje rust iedereen bediend wordt. Voor de verpleging is het zelfs rustig genieten, iedereen (??) voelt zich nog fit. Er wordt gebeden, gestapt, moppen getapt en naar elkaars verhalen geluisterd. De nachtelijke sfeer is sereen.
Voor Jan Somers, die Agnes vervangt, is het waarschijnlijk een beetje wennen, want het was van 2002 geleden dat hij met de camionetten meereed. Maar ook al zijn pakjes staan netjes geordend in Keerbergen. Op vraag van de uitbaters werden de soepbonnetjes vervangen. Toch moeten we vaststellen dat de volgende dag er nog steeds bedevaarders zijn die met hun oud bonnetje willen betalen. Omdat er 58 soepen aan de man (vrouw) gebracht worden, weten we dat we zeker met 58 te voet zullen terugkeren uit Scherpenheuvel. Yvon krijgt het hier al hard te verduren: “Wanneer een Waal zijn mond opendoet, is het voor geld”, wordt er hier en daar gemompeld. Waar hebben we dat nog gehoord?
Dat er nog steeds geen versterking is voor de muzikanten, laten ze niet aan hun hart komen. Op weg naar de Damiaanschool te Tremelo worden de bedevaartsliederen al snel ondersteund door een muzikale noot dankzij Gunter, Sylvain en Jan, die de longen uit hun lijf blazen. Men hoeft niet met velen te zijn om muziek mooi te laten klinken. Vrijdag hadden ze nog getelefoneerd met de vraag of wij de soepeters of de trappistdrinkers waren om zo de juiste stock voorradig te hebben. Oplossing op de foto’s te vinden! De busbedevaarders, 41 ingeschrevenen, komen onmiddellijk na ons binnen en zijn zoals steeds zeer enthousiast bij het ontmoeten van de voetbedevaarders. Wij vertrekken richting Aarschot, zij richting Leuven om het graf van de Heilige Damiaan te bezoeken.
De combinatie muziek, zang en gebed, afgewisseld met perioden van een gezellige babbel zijn heel sterke punten van onze bedevaart. Er is echt voor elk wat wils en ondanks de lange afstand gaat de tijd relatief snel vooruit. Soms worden we, vooral door wielertoeristen, geconfronteerd met de huidige problematiek binnen de katholieke kerk, namelijk het pedofiel gedrag van gezagdragers. Ook dit thema wordt door de groep niet uit de weg gegaan.
Een wijziging in het parcours zodat we niet over de Markt in Aarschot hoeven te gaan, wordt door iedereen gesmaakt: het is niet alleen korter maar loopt ook door een aardig parkje met een openbaar urinoir. De verzorging heeft in de sporthal de handen vol. Het blijft fris. De bedevaart kan dit jaar genieten van een aangenaam weertje. De politie van Aarschot deelt mee dat er geen begeleiding kan zijn, zodat we op het fietspad verder gaan. De wielertoeristen wippen even op de rijbaan, maar dat zijn ze gewoon omdat de fietspaden meestal niet gladlopend zijn. Zo dienen we maar af en toe voor een eenzame fietser eventjes opzij te gaan.
Parking Heuvelcars: onze veiligheidsdiensten zijn goed gebrieft: de weg aan de parking wordt dit jaar drukker bereden. Iedereen is in de weer om op korte tijd de processievorming in orde te krijgen, zodat ook de vlag tijdig klaar is. Zelfs een sanitaire stop is hier nu mogelijk.
Sta mij nu toe de nachtmerrie van elke vaandrig van mij af te schrijven. Het begon al bij Heuvelcars. De draagriem van de vlag was zoek. Ik zou een evenwaardig exemplaar pas zien nabij de Varkensmarkt in Boom, dankzij een van onze sympathisanten. Dan maar steun zoeken in de zakken van mijn jas. Oef, opgelost. Enkele meters voor de verwelkoming van de priester schuift door een technisch falen de vlag gewoon over de stok naar beneden. Een hulpvaardige bedevaarster wil ze snel weer omhoog trekken, maar daardoor lost het kruis van de stok. Dankzij een snelle, na meer dan 50 km zelfs verbazend snelle reflex van deze bedevaartster kan zij het kruis opvangen. Een gedeelte van de vlag valt hierdoor van de stok. Je denkt dat het enkel in slapstickfilms voorkomt, maar ik weet nu beter. Ik kies het zekere voor het onzekere en demonteer de stok en rol de vlag op onder mijn arm. Ik heb de foto gezien: zo wordt een standaard zelfs in volle oorlogsgeweld niet gedragen. Zoals steeds begroeten honderden sympathisanten ons uitbundig.
Niettegenstaande we op hetzelfde stramien werken als vorig jaar, verloopt de kamerindeling in De Pelgrim (nu met 40 slapers) stroef. Ook de boekjes voor de kruisweg zijn niet op de plaats waar ze moeten zijn. E.H. Jan Van Gerven schudt dan maar een, volgens de aanwezigen, prachtige kruisweg uit de mouw, vol met verwijzingen naar ieders dagelijkse leven en de problematiek in de Kerk. De jubilarissen, die het wensen, krijgen de zegen met het genadebeeld, waarna de eucharistieviering volgt in de Mariahal. Zoals steeds is dit een speciale gebeurtenis. E.H. Jan Van Gerven dient Jan Aertssens terug uit de kerk te roepen, net voor hij ook de andere helft van de mensen wil knuffelen. De tinnen schotels voor de jubilarissen, die niet mee teruggaan, worden “en petit comité” afgegeven aan de begunstigden. Philippe en Ludo moeten spijtig genoeg ziek naar huis. Ook voor mij wordt het dan nacht. Niet echter voor thuiswacht Myriam. Zij dient de 88ste deelnemer van onze voetbedevaart om 1 uur 's nachts teleur te stellen. Hij staat een dag te laat aan de kerk van Boom.
Niet iedereen voelt zich kiplekker bij het startmoment en toch willen velen de trip naar Aarschot mee te voet doen. Ondertussen wordt de medaille van "sleutelfiguur van de bedevaart" ook dit jaar opgeëist. Julien Verlinden in 2009 indachtig, is het dit keer Jan Aertssens die er in slaagt de sleutel van zijn kamer uit "De Pelgrim" mee te smokkelen. Je moet maar durven. Het bestuur zal het weer mogen horen van pater André volgend jaar! De Demervallei zit in de mist en het is verdorie koud, zodat een muts en handschoenen geen luxe zijn. Weinig beweging aan de dancing en ook onderweg weinig verkeer. Bergaf gaat het stappen toch beter.
Zondagse drukte op weg naar Tremelo. Velen zijn gehaast wanneer ze naar de bakker moeten en onze seingevers hebben soms de handen vol. Diedrich helpt waar nodig. De Damiaanschool is nu helemaal voor ons alleen en het lieftallige personeel kan mee genieten van de overhandiging van de resterende tinnen schotels en de bijhorende serenade van onze muziekkapel. Er moet volgens onze fotografen volgend jaar op gelet worden dat er geen opnames bij tegenlicht moeten gemaakt worden, de zaal is echt wel groot genoeg. We vernemen dat Jan Aertssens zijn 40ste huwelijksverjaardag viert tussen de voetbedevaarders.
Berk en Brem met de soep en De Krekel met de pakjes frieten zijn vaste waarden. Enkele snoodaards, inderdaad die zijn er ook nog na zoveel kilometers, willen de processieleider opsluiten wanneer die gebruik maakt van een werf WC. Gelukkig weet de eensgezindheid van de groep hen op andere gedachten te brengen. Even later: maak plaats, maak plaats, maak plaats, heel de bedevaart opzij. De processieleider fietst al fluitend terug naar de kop. De muzikanten willen nog eens spelen onder de brug en Tony staat er als voorbidder eventjes alleen voor, zodat de secretaris zich aan een rozenkrans waagt. Het eerste weesgegroetje was niet alles en men krijgt zeker een schorre stem. Hoe houden die mannen dat een hele weg vol?
Omdat we aan vele gemeentebesturen onze bedevaart bekend maken mogen we zowel in Mechelen (risicomatch in het voetbal), als in Boom (Mano Mundo) voorbij de afsluitingen en worden we door behulpzame politieagenten (M/V: het was duidelijk, maar niet iedereen zag het nog goed) veilig doorheen de drukte geloodst. De gouden handen van Dany moeten de "pilaren " van onze voorzitter stevig bewerken, zodat hij toch nog de laatste heuveltjes tussen Rumst en Boom zou aankunnen. De steun van de Kon. Harmonie Rupelzonen zorgt er ook nu weer voor dat de laatste loodjes tussen Rumst en Boom niet het zwaarst wegen. We eindigen met een sfeervol slotmoment en met bloemen van Jan voor zijn Myriam. En dan wordt er weer volop geknuffeld en afscheid genomen. De steun bij de thuiskomst in Boom geeft ons weer de moed om er blijven voor te gaan. Het warm onthaal slaat trouwens niet alleen op de verhitte voeten.
Omer
Terug naar boven